Buurtscholen oplossing voor sociale mix kinderen van verschillende afkomst
REGIO. Er raakte vorige week bekend dat de goede sociale mix in de scholen van kinderen van hier met deze van vreemde origine, niet geslaagd mocht genoemd worden. Het principe blijft nog steeds dat alle jongeren gelijke kansen moeten hebben op een succesvolle onderwijsloopbaan. Het inschrijvingsbeleid en de middelen die via het GOK-decreet (Gelijke Onderwijs Kansen) worden vrijgemaakt, moeten daarvoor instaan. Met een evenwichtige spreiding van allochtone en autochtone leerlingen beoogde men een goede sociale mix in de klassen. De praktijk bewijst echter dat deze aanpak niet werkt: zogenaamde ‘witte’ scholen worden witter terwijl ‘zwarte’ concentratiescholen zwarter worden. De Vlaamse parlementsleden Kris Van Dijck en Vera Celis (N-VA) zien een oplossing in de herwaardering van buurtscholen.
De diversiteit in de sociale mix van onze samenleving neemt toe. Die verscheidenheid vertaalt zich ook in de onderwijspraktijk buiten de steden. Kinderen uit de meest uiteenlopende sociale milieus en gezinssituaties vinden mekaar in de klas. Deze verscheidenheid brengt echter niet alleen diversiteit op school met zich mee. De mix van arm en rijk, autochtoon en allochtoon brengt echter ook verschillende leersnelheden met zich mee. Daarnaast wordt men in de klas geconfronteerd met verschillende leerstoornissen. Om al deze redenen kiest men in Nederland steeds vaker voor buurtscholen. Is de buurt zwart, dan vertaalt zich dat allicht in een zwarte school. Scholen krijgen er wel extra middelen voor leerlingen met taalachterstand of zorgbehoeften.
Het Nederlandse voorbeeld is een aanpak die inspiratie kan bieden voor Vlaanderen, vinden Kris Van Dijck en Vera Celis. "Als kinderen met een vergelijkbare achtergrond en noden samen zitten, kan de school zich in zekere zin specialiseren. Recent onderzoek bevestigt dat", aldus Van Dijck.
Bovendien stijgt volgens Vera Celis het goed gevoel van kinderen die zich thuis voelen op school. "Ze trekken dan vaker op met vriendjes uit de klas, wat ook het contact tussen de ouders bevordert. Dat maakt het begrip ‘brede school’ meteen tasbaar", zegt ze.
Kris Van Dijck: "Het allerbelangrijkste is dat er een goede sociale mix ontstaat in wijken waar de buurtscholen zijn gevestigd. We moeten scholen niet forceren om te veranderen. Wel moeten we buurten in de stad en daarbuiten weer leefbaar maken en zorgen voor een evenwichtige sociale mix. Dan zal die zich automatisch vertalen in de populatie van de buurtschool."
Gemeenschapsschool Het Laar
Het is een onderwerp dat ook in de regio niet vreemd is. We raadpleegden de directie van de Gemeenschapsschool Het Laar in Zwijndrecht waar de sociale mix op een schitterende manier verloopt. Directrice Marina Deschepper benadrukte dat Het Laar een school is van het Gemeenschapsonderwijs en dat in haar pedagogisch project pluralisme hoog in het vaandel staat. "Ten tweede zijn wij een echte buurtschool, er zitten bij ons zeer weinig kinderen die niet uit Zwijndrecht-Burcht komen. Ten derde: ik heb het altijd moeilijk met het woord "allochtonen". Wat bedoelt men daarmee? Mensen van een andere origine? Anderstaligen? Of mensen die niet de Belgische nationaliteit bezitten?"
Om het nog wat uit te breiden wordt nu ook gesproken over "witte" scholen en "zwarte"
Op Het Laar zijn 10% van de leerlingen van niet-Vlaamse oorsprong. Deze groep bestaat merendeel uit leerlingen van wie hun ouders of grootouders reeds op deze school les volgden. Directrice Deschepper: "Zeer soms, zo 1 op 70, zit daar eens een anderstalige peuter bij, maar dit vormt geen enkel probleem daar die direct wordt opgenomen in de groep en goed begeleid wordt door de peuter of kleuterjuf. Ik heb nog nooit op onze school, leerlingen onder mekaar een andere taal horen spreken dan het Nederlands."
Natuurlijk wordt er al eens een anderstalig kind, niet-peuter dan, ingeschreven. Ook al heeft de bschool Het Laar zeer weinig GOK-uren (extra lesuren) het kind wordt toch extra begeleid, al was het door de zorg -juf, die ook logopediste is en het uurtje AN tot zich neemt. En uiteraard doen de klasleerkrachten dan heel veel moeite om dit kind zo vlug als mogelijk op gelijk welk vlak in te burgeren, wat meestal aardig lukt via projectjes sociale vaardigheden e.d. "Voor de rest zijn wij een school met een gezonde mix: van dokterskinderen tot kansarmen. Een echte weerspiegeling van de Zwijndrechtse bevolking. Ik hoop dat dit zo blijft. Door de grote inschrijvingsvraag werken wij met wachtlijsten. Wij maken absoluut geen onderscheid, wie zich eerst telefonisch aanmeldt, kan eerst ingeschreven worden. Uiteraard is er wel voorrang voor broers en zussen", zo omschreef de directrice het etiket van de school.
Als GO!-school werkt Het Laar zeer hard aan het welbevinden van de leerlingen, wat alvast een individuele aanpak vraagt. "Wat meer zorg en GOK-uren voor allerlei "problematiekjes" zouden zeer welkom zijn om zo kinderen beter te kunnen ondersteunen", zo besloot directrice Marina Deschepper.
Het is duidelijk dat er in de buurtschool "op den buiten" het niet zo moeilijk werken is in een mix van, ‘wit’ en ‘zwart’ als we deze woorden eens mogen gebruiken. De problematiek van de stad is een paar ander paar mouwen! (Rolf Duchamps)